Toyota GT86: een comeback
Eindelijk wat pit in ‘t Toyota-assortiment! De hybrides van ‘t bedrijf zijn goed voor ‘t groene imago, maar deze ‘monocultuur’ dreigt enthousiaste rijders weg te jagen bij Toyota. Celica- of Supra-fans en 2000 GT- en andere Sports 800-verzamelaars opgelet: Toyota is terug met een bom aan karakter. Het is alweer een tijdje geleden dat Toyota een verfrissende sportwagen uitbracht die in niets lijkt op de steriele hybrides in de rest van het gamma. Het ontwikkelen van een platform en motor voor deze auto zou de winstgevendheid aantasten, dus kwam Subaru in het spel. Een concurrent, maar nu ook partner, met ‘t idee om gezamelijk een sportwagen te ontwikkelen. We weten van het vervolg. Na een duizelingwekkende reeks conceptauto’s gaat de productieauto eindelijk de weg op. Eigenlijk zouden we de meervoudsvorm van “seriewagens” moeten gebruiken want naast deze Toyota GT86 heeft Subaru ook een BRZ.
De verschillen zijn minimaal, beperkt tot enkele cosmetische details in de bumpers en afstelling van de ophanging, waarbij de ophanging van de Subaru iets strakker is. De cryptische naam GT86 doet denken aan de Corolla AE86 uit de jaren 80. Toyota liet zich ook door dit model inspireren vanwege de lichtgewicht constructie en de vele aanpassingsmogelijkheden (aftermarket). De legendarische 2000 GT vormde de basis van deze stijl. Wat betreft de voor- en achterwielaangedreven boxerarchitectuur, Toyota nam de vreemde Sports 800 als inspiratie. Alle geruchten werden meteen de kop ingedrukt: geen turbo onder de motorkap. Ingenieurs geven de voorkeur aan sneller reagerende motoren. Om 200 paarden te leveren zoekt de tweeliter viercilinder boxer hoge toeren, 7.000 tpm om precies te zijn. In vergelijking met de huidige turbodiesel lijkt het koppel zwak: 205 Nm bij 6.600 tpm.
Dus je moet leren om de zweep erop te zetten. Het vermogen wordt naar de achterwielen gestuurd via een handgeschakelde of automatische transmissie (met peddels aan het stuur en in beide gevallen een zesversnellingsbak). Van zo’n technische fiche gaan we al watertanden… en maakt duidelijk dat we deze problemen bruut moeten aanpakken. Toyota had het over de esthetische relatie tussen de 2000 GT en deze GT86. De gebogen motorkap, zachte achterruit, zijruiten en meer zijn allemaal geïnspireerd op zijn voorouders. Maar de nieuwkomer heeft een strijdkleding toegevoegd die haaks staat op de eeuwige zuiverheid van zijn voorouders. Het formaat van de GT86 is nog steeds erg compact: 4,24 meter lang. LED-verlichting accentueert de agressieve look en het deck is voorzien van een spoiler waarvan de rondingen even politiek zijn in tijden van crisis.
Om nog maar te zwijgen van de sideskirts en de uitlaat in bazooka-stijl. Een beetje aanpassen? Ja, maar opzettelijk beperkt. Toyota en Subaru laten bijvoorbeeld genoeg ruimte over voor echte tuners om de auto naar hun zin te personaliseren en eenmaal binnen ontdek je een wondere wereld van sportwagens precies zoals wij ze graag hebben. Versnellingspook, stuurwiel, pedalen: alles onder controle. De zitondersteuning is zo goed, alleen de grote jongens zullen het gebrek aan verstelmogelijkheden betreuren. Aan de andere kant, ondanks dat Toyota zijn GT86 tot een 2+2 verklaarde, zijn je achterpassagiers meer teckels dan labradors. Wat de afwerking betreft, de kunststoffen en deurpanelen zijn zacht en de gestikte Alcantara-bekleding is indrukwekkend, maar de algehele look is een beetje goedkoop. rijden? Sommige details zijn niet op hun plaats: een klok die lijkt op een wekkerradio uit de jaren tachtig, wat verwaarloosd plastic en een nogal sobere uitstraling. Dat is oké, de atletische, ingesloten sfeer is er.
En voor de gouden knopen koop je deze auto niet. Na het indrukken van de startknop hoor je natuurlijk een doordringende grom die doet denken aan de Subaru Impreza WRX STI, het geluid van een naaimachine. vergissing! De discretie van een outlet is omgekeerd evenredig met de grootte ervan. Het klinkt dus helemaal niet als Gears of War, maar kan poker krachtig dienen met een stevig slot en niet altijd optimale geleiding. Laat de koppeling voorzichtig los, geef een beetje gas en daar gaan we. Na de eerste paar meters merkten we meteen de soepele mechanica op, die comfortabel aanvoelde bij alle toerentallen maar een beetje gekunsteld aanvoelde onder de 2.500 tpm. Onder dat toerental loopt de motor soepel en herstelt geruisloos, maar lijkt geen vermogen te hebben. Ook wordt het zachtjes wakker en duwt het geleidelijk. De besturing begint bij 4.500 tpm, de snelheid waarmee de zuigers hun hectische ballet beginnen met een knetterende melodie. Dan staan 200 paarden op het ontmoetingspunt en blijft de naald van de toerenteller met 7.500 tpm in de rode zone klimmen.
Niet slecht, maar je moet wel weer leren accelereren om deze GT86 goed te kunnen besturen. De motor laat je ook bij lage toerentallen soepel toeren maken, maar daar is weinig agressiviteit en de motor klinkt serieus en wordt zelfs pakkend bij hoge toerentallen. Toch is het klassieke deuntje van de boxermotor onherkenbaar… wat betreft het chassis is het compromis perfect. De bediende was in lange tijd niet zo gelukkig geweest. De kleine wegen van het Catalaanse achterland (waar hij zijn debuut maakte) passen perfect bij deze GT86. Het is opmerkelijk stabiel en gemakkelijk te plaatsen, terwijl het zijn bedoeling duidelijk aan de bestuurder communiceert. De opstelling van de GT86 is redelijk neutraal, maar de achteras glijdt soepel en zonder aarzeling. Een echte atlete die de baantest met vlag en wimpel heeft doorstaan
-
Fantastische auto met matige motor
-
Audi A3 e-tron: Een test
Auto verkopen?
“ Zo helpen we elkaar! Neem gerust contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken..”